welkom


Welkom!
Via deze blog neem ik jullie mee door de lens van mijn camera.
Als je goed om je heen kijkt, is er veel moois te zien…

Het zijn vaak de kleine dingen die mij inspireren, verbazen,
verwonderen en waarvan ik geniet!


Door op de foto's te klikken, krijg je een groter formaat. Als je wilt kan je een reactie achterlaten onder de berichten.
Wil je op de hoogte blijven van nieuw geplaatste berichten? Vul dan rechts bij FOLLOW BY EMAIL je emailadres in.
Wil je één van mijn foto's gebruiken? Stuur me dan een berichtje voor de voorwaarden i.v.m. auteursrecht.

Happy wife, happy life...

 
In juni trekken de eerste kieviten naar de kustgebieden van Engeland en Frankrijk, om van daaruit gezamenlijk naar het Iberisch schiereiland of zelfs Noord-Afrika te vliegen. In Nederland overwinteren kieviten uit Midden- en Noord-Europa. In zachte winters blijft een deel van deze vogels in Nederland overwinteren, waardoor het soms lijkt alsof de kievit geen trekvogel is maar bij strenge winters vertrekken ze wél. Half februari komen ze weer terug en half maart kunnen de eerste legsels verwacht worden. Het mannetje krabt een stuk of 10 kuiltjes waarvan het vrouwtje er kieskeurig ééntje uitkiest. Het is eigenlijk hetzelfde als in de mensen wereld...Happy wife, happy life !

Dead & alive...


Vorig jaar maart vond ik een gewonde Groene specht man op onze ontsluiting. De angstige vogel probeerde nog tevergeefs in de wilg te klimmen maar dat lukte niet met een kapotte vleugel. Ik heb hem gepakt en naar het Vogelrevalidatiecentrum in Zundert gebracht. Ondanks hun goede zorgen heeft ie het niet gehaald. Niet eens zozeer door de verwonding, maar het is erg moeilijk om een specht dwangmatig te laten eten. Ik mocht hem toen terug ophalen en heb hem op laten zetten. Hij prijkt nu aan onze muur in de kamer ( foto 2). Gelukkig hoorde ik nog steeds regelmatig de lach van andere Groene spechten. Ik wist al dat ze er nog zaten omdat ik nog steeds gaten in het gras zie. Dat doet de Groene specht met zijn snavel, zijn hoofdvoedsel bestaat uit mieren die hij, soms wel een halve meter diep, uit de grond pikt. Beiden spechten op de foto's zijn mannetjes, dat kan je zien aan de rode streep onder het oog. Bij vrouwtjes ontbreekt deze rode streep en is het rondom het oog geheel zwart. 

Rode oksels...




Tijdens een autoritje door de binnenweggetjes van Klundert kwamen we een groepje Koperwieken tegen. Het zijn eigenlijk niet de vleugels maar hun okseltjes die koperkleurig zijn, als ze vliegen,  Koperwieken broeden in Noord-Europese naaldbossen en ook in wilgenbossen op de kale vlaktes van Scandinavische rotsplateaus. Koperwieken overwinteren in Midden- en Zuid-Europa. Nederland vormt ruwweg de noordgrens van het overwinteringsgebied. Ze trekken vaak in grote groepen. In september en vooral oktober zijn ze met noordenwind soms massaal in Nederland aan te treffen. De voorjaarstrek valt minder op (ze vliegen meestal 's nachts als wij op één oor liggen) en vindt vooral plaats in Oost-Nederland in maart en april. 
 
 

Er loopt een streepje door...



De Wintertaling is een kleine eend waarvan het mannetje, zoals bij zoveel dieren, veel opvallender gekleurd is dan het vrouwtje. Naast de Europese Wintertaling die je hier ziet, is er ook een Amerikaanse wintertaling. Woerden (mannetjes) van de Amerikaanse wintertaling hebben een witte streep die de flanken van de borst scheidt. De woerden van de Europese wintertaling hebben een horizontale witte streep aan de bovenzijde van de vleugel zoals je op deze foto's ziet. De oudste wintertaling bekend in het wild werd 27 jaar en 1 maand.

 

 

Victoriaans rood...

 



Ook deze mooie grazers zagen we op de Noordwaard in de Biesbosch. In de Schotse Hooglanden, waar ze oorspronkelijk vandaan komen, werden de dieren gehoed of hadden een semiwild bestaan. Regelmatig werden grote kudden bijeengedreven en vervolgens te paard helemaal tot de abattoirs in Londen geleid. Het is één van de oudste rassen van Groot Brittannië. Van oorsprong zijn de Hooglanders meestal zwart maar koningin Victoria had echter een voorkeur voor de rode vacht. (Lands-)moeders wil is wet dus werd er actief geselecteerd op de rode dieren. 

Tonnetje rond...

                                       




Op de Noordwaard in Nationaalpark de Biesbosch lopen prachtige Waterbuffels. Zij kunnen plekken bereiken waar de andere natuurlijke grazers niet kunnen komen. Ze zijn groter dan de  Konikpaarden en de Schotse Hooglanders en kunnen hierdoor beter ruw voedsel verteren zoals Lisdodde en oud riet. Heel lang geleden, zo’n 126.00 jaar terug, waren er nog échte wilde waterbuffels in ons land. De huidige waterbuffels stammen af van dieren uit de Balkan waar ze gehouden worden als werkdier of voor de melk. Natuurlijke begrazing met waterbuffels is nieuw in Nederland. Vanwege hun dikke huid liggen ze ‘s zomers vaak in het water om af te koelen, maar ze kunnen ook goed tegen onze winters. De hoorns zijn hol, hebben diepe groeven en kunnen tot twee meter overspannen.
Zoals je ziet eten ze zich tonnetje rond en zien ze er aaibaar uit. Agressief zijn ze niet, wel nieuwsgierig en heel sterk, dus afstand houden is een must!

IJskonijn...

         


Op ons weitje hebben we een grote bos takken expres hebben laten liggen zodat egels e.d. hieronder weg kunnen kruipen om te overwinteren hebben ook de wilde konijntjes hun intrek genomen. Ze kunnen knabbelen aan de gesnoeide appeltakken en zoeken her en der wat gras dat niet onder de sneeuw is bedolven. Zo gezellig om te zien! 

Niet langer roek-eloos...

 




Al jaren probeer ik een roek te fotograferen. Ik zie ze vaak in groepen zitten in en onder de bomen bij het stoplicht van knooppunt Hooipolder, als we rechtsaf slaan richting Made. Maar daar kan ik niet uitstappen om even een foto te maken.. Wat schetst mijn verbazing als ik deze zondagmorgen niet één maar twéé roeken in onze tuin zie zitten! Mijn dag kon niet meer stuk!

Roeken zijn van de kraaiachtigen de enige soort die in dichte kolonies nestelt. Dat doen ze in boomtoppen. De kolonies kunnen wel honderden paren tellen en kunnen veel kabaal maken. Bovendien produceren ze ook heel wat uitwerpselen, vandaar dat de roek over het algemeen geen populaire vogel is. Het is echter wél een beschermde vogel en bovendien ook sociaal en slim. Het zijn flexibele eters: plantaardig in de vorm van zaden en noten maar ze prefereren dierlijks voedsel zoals slakken, engerlingen, maden, rupsen en af en toe een muisje. 
Hij onderscheidt zich van andere kraaiachtigen door zijn vrij forse lichtgrijze dolkvormige snavel, zijn doelgerichte, statige, ietwat schommelende manier van lopen en slordig aflopende veren aan de poten. De roek heeft een broek.

Petje af...

 
Door de opvallende kleuren is het mannetje van de Vink makkelijk te herkennen. Vooral door de blauwgrijze kop met de roodbruine wangen. In de winter is zijn kopje minder duidelijk getekend doordat de grijze veren dan een bruin randje hebben. Als je goed kijkt zie je het op sommige foto's bij uitvergroting, vooral bij het grijze bandje in zijn nekje. In de loop van de winter en in het voorjaar slijten de bruine randjes van de veren zodat het onderliggende blauwgrijze petje weer goed zichtbaar wordt. Maakt niet uit welke kleur, maar een écht petje is met deze kou onmisbaar eigenlijk!

Potje met vet...

De koolmees eet in het broedseizoen vooral insecten, spinnen, larven en rupsen. Maar in het najaar en de winter schakelen ze over op olierijke zaden, vruchten en vet. Vandaar dat ze momenteel, samen met de pimpelmees, de meest frequente bezoekertjes zijn van de vogelpindakaas en vetbollen in onze tuin! Wij vinden het erg leuk om te zien dat ze het nodige voer gevonden hebben in deze vrieskou, of liever gezegd in toepasselijke turbotaal: we vinden het VET COOL !

 

Sneeuwmonster...

 


Zes schildpadden passen niet in de groentela van de koelkast zoals ik in het verleden ook wel eens deed, voor de winterslaap. Maar toen had ik er maar 2. Dus nu liggen ze dus alle 6 in diepe slaap op 60 cm diepte in hun kasje met daarover heen een dikke laag eikenbladeren plus een extra dikke laag stro en daaroverheen een fleecedeken. Op dak van het kasje ligt ook onder een dikke laag sneeuw, dat isoleert ook nog. De kippenren is goed en kwaad mogelijk afgeschermd tegen wind en kou. Ze durven amper naar buiten nu. Ik zet 4 x per dag nieuw water neer en geef ook wat extra’s : mais en kropsla zodat ze toch wat vocht binnen krijgen. Als het avond wordt zet ik ze allemaal bij elkaar in een afgesloten hok voor de warmte. Bij de konijnen hezelfde verhaal: Zo vaak mogelijk water verversen. Het hok is winddicht gemaakt aan de voorkant op een gleufje na zodat ze nog naar buiten kunnen. Binnen ligt een dikke laag warm stro, Ze krijgen naast hooi, ook extra andijvie en af en toe een appeltje en witlof, zodat ze in ieder geval genoeg vocht binnen krijgen. De vissen zitten rustig onder het bevroren vijveroppervlakte. De katten liggen het merendeel van de dag op elkaar gestapeld in een doos met fleecedeken bij de verwarming op op de droger als deze aanstaat. Zojuist zag ik Onyx héél eventjes een wandelingetje maken maar verder zie ik ze niet buiten. Kortom, alle dieren zitten deze koudegolf zo goed en kwaad mogelijk uit, door zich rustig te houden.

Er is er maar eentje die er geen genoeg van kan krijgen.....BRAINS! 
Hij sjeest en springt door de sneeuw. Als we weer binnen zijn gaat hij na ongeveer een uur alweer voor me staan met een blik waar je niet omheen kan. “Alsjeblieft vrouwtje, gaan we nog even naar buiten?
Oké dan Brains! 



Milly de Merel...



Natuurlijk hebben we vogelvoer opgehangen in de leilindes maar omdat de katten nu amper buiten komen, durven de vogeltjes steeds meer rond te scharrelen op de grond vlak bij het huis. Zo ook deze dame: ze komt een paar keer per dag langs want ze weet nu ook dat ik een schaaltje met gedroogde meelwormen, havermout en zonnepitten onder het afdakje op de grond heb gezet. Ze kijkt eerst vanaf de poort of de kust veilig is en dan kom ze aanhippen. We noemen haar Milly. 

Als een dier regelmatig terugzien in onze tuin krijgt ie een naam. Zo hadden we ooit ook Orka de Ekster (omdat ie geen staart had) en Rocky de Steenuil (spreekt voor zich) en ohja..Nelis de egel (omdat hij mank was). Dat is een tik van ons, maar we doen niemand kwaad mee toch? 

 

Witte wereld...


Eindelijk, het is echt winter! Vanmorgen werden we verrast wakker met een dik pak witte sneeuw. Prachtig om te zien. De wind was wel ijzig koud, maar bijna iedereen die maar enigszins kon, ging naar buiten. Sleeën werden van zolder gehaald, mutsen en handschoenen uit de kast en gaan! Eindelijk een leuke afleiding in deze vervelende corona lockdown.
 

Vos noch gans...



Als naar de de kleuren kijkt snap je wel waarom de Nijlgans ook wel Vosgans genoemd wordt. De naam Nijlgans is verwarrend, want het is geen echte gans, hij behoort namelijk niét tot de onderfamilie Anserinae (zwanen en ganzen) maar aan de onderfamilie Tadorninae (halfganzen).
Groter dan een eend maar kleiner dan een gans of zwaan. Halfgans dus, net als de Bergeend en de Casarca
 

Babyboom...



Bijna een jaar na de eerste lockdown ligt het aantal geboren baby's een heel stuk hoger dan normaal en worden er in het eerste kwartaal van 2021 veel meer bevallingen verwacht dan het gemiddeld. Dat is op zich niet zo gek, we hebben niet veel anders te doen, zou je kunnen denken.
Werk aan de winkel voor de Ooievaar dus, maar op z'n tijd ook even pauze nemen en een praatje maken met de reigers zoals je ziet.